Interview: Beorn Nijenhuis over taak specifieke dystonie
Zorg net zo goed voor je zenuwstelsel als voor je spieren
Beorn Nijenhuis, we kennen hem als professioneel schaatser. De jongen met de lange blonde haren en het grappige accent. Dat juist Beorn, als pupil van Gerard Kemkers, na zijn schaatscarrière onderzoek doet naar de zwabbervoet is geen toeval.
Tijdens de Nationale Dystoniedag vertelt Beorn over zijn tijd als schaatser in de ploeg van Gerard Kemkers. Gerard, topcoach, was zelf ooit succesvol schaatser en won een olympische medaille op de 5.000 meter in Calgary. Een mysterieuze blessure betekende zeer plotseling het einde van zijn schaatscarrière. Zomaar, uit het niets, kon Gerard de schaatsbeweging niet meer maken. Niemand wist wat het was. Had het te maken met spieren, gewrichten, overbelasting? Sportrevalidatieartsen en sportwetenschappers; niemand wist wat het was, de zwabbervoet. Jaren later zit Beorn in een klein café in Utrecht. Als neurowetenschapper doet hij onderzoek naar taak specifieke dystonie bij musici. En daar valt het kwartje. De zwabbervoet, is een taak specifieke dystonie. Het gebeurt alleen bij schaatsen, het is een schokkende beweging, het gebeurt plotseling en het gebeurt bij experts. Een nieuw doel is geboren, bewijzen dat zijn theorie klopt. Sinds vier jaar doet Beorn onderzoek naar de zwabbervoet en taak specifieke dystonie bij sporters. Professor dr. Marina de Koning, neuroloog en winnaar van de eerste life-time Dystonie Award, is zijn promotor. In een kort interview na zijn presentatie tijdens de dystoniedag, praten we verder over zijn onderzoek en ervaring.
Kan iedereen taak specifieke dystonie krijgen?
Beorn: “Wat we zien is dat er drie elementen een rol spelen. Genetische aanleg, stress of verandering en een herhalende beweging, een specifieke taak. Het is een complex samenspel waarbij gedrag het laatste duwtje kan geven als je genetische aanleg hebt. Dat laatste weet je natuurlijk niet. Dat je genen een factor spelen is door studies bevestigd, het komt drie tot vier keer vaker voor bij mannen dan bij vrouwen. Maar in hoeverre het een rol speelt en welke combinatie van factoren de dystonie veroorzaakt, dat is niet bekend. Het is lastig om voor verder onderzoek personen te vinden. Niet alleen professionele sporters kunnen taak specifieke dystonie krijgen, ook fanatieke amateursporters. Echter, de diagnose wordt vaak niet vastgesteld. Je tennist al een tijdje niet meer lekker dus stop je met spelen, zonder te beseffen dat je dystonie hebt. Omdat de klachten verdwijnen als je je taak niet uitvoert, blijft de diagnose onbekend.
Kun je iets doen aan taak specifieke dystonie?
Beorn: “Heb je taak specifieke dystonie dan blijft dit altijd bestaan. Als Gerard nu, 35 jaar later, zijn schaatsen weer aantrekt, dan heeft hij nog steeds een zwabbervoet. Bij asymmetrische sporten zoals tennis of golf, kun je eventueel wisselen van kant, en een bewegingspatroon opnieuw trainen. Dit zie je ook bij musici die een instrument omdraaien en met de andere hand gaan spelen. Bij een symmetrische sport als schaatsen is dat niet mogelijk. De dystonie is verbonden aan de beweging. Stoppen met het uitvoeren van de beweging is dan de enige oplossing. Ga je een andere sport
beoefenen dan zul je geen last hebben. “
LEVEN met dystonie, wat geef je de lezers nog mee?
Beorn: “Taak specifieke dystonie is geen gemiddelde dystonie. Het gaat over een specifiek aspect van je leven, niet over je leven in het algemeen. Hoe dramatisch het voor een topsporter is om onverwachts te moeten stoppen, het belemmert je verder niet in je normale leven. Stress is een belangrijke factor bij het ontwikkelen van taak specifieke dystonie. Zorg dat je stress onder controle houdt en vooral, ga minder intensief met je sport om in periodes van hoge stress. Laat het gedrag, de beweging, niet het laatste duwtje zijn om taak specifieke dystonie te krijgen. Zorg net zo
goed voor je zenuwstelsel als voor je spieren. “