Als ik dit medicijn niet had geslikt, dan had ik nu geen dystonie gehad
Antidepressiva slikken en als gevolg daarvan cervicale dystonie krijgen. Deze zeldzame bijwerking kreeg Harrie van den Hoorn (60) uit Elspeet. Sinds 2009 – het jaar waarin hij citalopram in combinatie met het antibraakmiddel metoclopramide ging slikken – worstelt hij met spasmen in de nek. Het overkomt slechts 0,1 tot 1 procent van de patiënten*, die deze combinatie van geneesmiddelen slikt. “Het enige voordeel is dat de dystonie zich niet uitbreidt.”
Al op jonge leeftijd kreeg Harrie van den Hoorn reuma en later de longziekte COPD. Na de scheiding van zijn vrouw raakte hij langzaamaan steeds depressiever. Hij voelde zich down en had geen zin meer om iets te ondernemen. De huisarts schreef hem aanvankelijk het medicijn oxazepam voor en later mirtazapine, maar toen beide medicijnen onvoldoende effect hadden, besloot de huisarts het antidepressivum citalopram voor te schrijven.” Dit middel behoort tot de zogenaamde selectieve serotonineheropnameremmers, die dystonie kunnen veroorzaken.
Na twee dagen voelde Harrie zich zo beroerd, dat hij de huisartsenpost belde: “Mijn hele lichaam stond in brand. De volgende ochtend adviseerde mijn huisarts de dosering van citalopram te halveren. Had hij me maar van dat medicijn afgehaald, want in korte tijd begon mijn hoofd naar rechts te trekken. En dat is nooit meer weggegaan. Ook niet toen ik twee maanden later terecht kwam bij Radboudumc en we besloten te stoppen met de medicijnen.”
Cervicale dystonie
De neuroloog in Apeldoorn zag wel meteen dat het cervicale dystonie was en wist dat dit kon worden veroorzaakt door de combinatie van medicijnen die Harry slikte. “Ik had inmiddels zes maanden op de PAAZ-afdeling van een ziekenhuis doorgebracht, maar werd alleen maar depressiever. Daar adviseerde een verpleegkundige me gelukkig om naar het Radboudumc te gaan. Wat een kennis van dystonie heeft hun neuroloog dr. Pasman.”
In Radboudumc begon de zoektocht naar de juiste toediening van de botulinetoxine. “Het was zoeken naar de juiste dosering, de juiste plekken in de spieren en de juiste frequentie van spuiten, maar na een jaar waren de spasmen en de pijn verdwenen. Dat was een enorme opluchting. Maar in 2016 begon mijn hoofd helaas weer te trekken. De pijn bleef gelukkig weg, maar het zoeken naar de juiste behandeling begon opnieuw. Nu zijn de spasmen in mijn nek weer onderdrukt, maar zakt mijn hoofd steeds meer naar voren. Dat betekent dat ik me de hele dag moet inspannen om mijn hoofd overeind te houden. Aan het eind van de dag ben ik bekaf.”
Nekbrace
Harrie heeft een nekbrace gekregen, die hij omdoet als hij naar buiten gaat om te wandelen of te fietsen. “Maar de laatste tijd merk ik dat ik het niet goed meer kan opbrengen. Het is de zoveelste tegenslag. Wel heb ik nog plezier in computeren en geniet ervan om andere bewoners uit de aanleuningwoningen te helpen met problemen met hun computers of mobiele telefoons. Daar geniet ik van, maar eigenlijk moet ik weer meer naar buiten.”
Dr. Pasman gaf Harrie de keuze: “Als je wilt dat je hoofd niet meer naar beneden zakt, dan stop ik met botulinetoxine injecties geven in de spier in de nek. Maar dat betekent wel dat de spasmen weer zullen terugkeren. Het is een onmogelijke keuze, maar ik heb toch maar gekozen voor de onderdrukking van de spasmen. Nog steeds hoop ik dat we met een aanpassing van de botulinetoxine injecties een oplossing kunnen vinden. Het enige voordeel is dat de dystonie zich niet verspreidt of erger wordt, zoals bij de meeste dystonie patiënten wel kan gebeuren.”
Aangezien de dystone klachten na het stoppen van de medicatie niet verminderden of verdwenen, acht de behandelend arts dr. Pasman het niet uitgesloten dat Harrie van den Hoorn ook een aanleg voor lichte dystonie heeft, die werd versterkt door de medicatie.
*Bij kinderen en jongvolwassenen is het percentage patiënten dat dystonie krijgt als gevolg van deze combinatie van geneesmiddelen iets hoger.